Door Julien-Pierre Nouen, directeur economische studies en gemengd beheer bij Lazard Frères Gestion

Julien-Pierre Nouen

De ECB heeft zojuist haar schatting gepubliceerd van de ontwikkeling van de Europese CAO-lonen in het eerste kwartaal. Hoewel een daling werd verwacht, blijft het niveau met +4,7% hoog. Zullen deze gegevens de ECB ervan weerhouden om de rente in juni te verlagen?

Deze cijfers houden alleen rekening met loontrends die voortvloeien uit collectieve arbeidsovereenkomsten in Europese bedrijven. Tal van andere factoren kunnen de totale loonstijging beïnvloeden. Bovendien lopen collectieve onderhandelingen vaak over meerdere jaren. De ECB geeft een schatting van de loonontwikkeling op basis van de volledige periode waarop de collectieve overeenkomsten betrekking hebben, inclusief stijgingen die over meerdere kwartalen of jaren zijn uitgesmeerd. In een blogbericht bij de publicatie van de gegevens over het eerste kwartaal, merken ECB-economen op dat dit traject nu lager is dan wat in december vorig jaar werd geschat.

Het tweede punt dat dit cijfer in perspectief plaatst, is dat het verband lijkt te houden met een bijzonder sterke trend in Duitsland, die samenhangt met uitzonderlijke betalingen in dit kwartaal. Tot slot vertraagde in april de loonbarometer opnieuw voor nieuwe vacatures, gepubliceerd door de Centrale Bank van Ierland.

Het lijkt dan ook onwaarschijnlijk dat deze hoger dan verwachte statistiek de ECB ervan zal weerhouden om de rente in juni te verlagen, gezien de uitspraken van verschillende leden van het Monetary Policy Committee die voorstander zijn van een dergelijke stap. Als de lonen echter minder snel zouden dalen dan verwacht, zou dat de ECB ertoe kunnen aanzetten om langer te wachten met het opnieuw verlagen van de rente.