Navbar logo new
Zelfgenoegzaamheid bij de ECB?
Calendar18 Sep 2020
Thema: Macro
Fondshuis: DPAM

Door Peter De Coensel, CIO Fixed Income bij DPAM

Peter de coensel
Peter De Coensel
De ECB-vergadering van 10 september heeft stof tot nadenken opgeleverd. Wat ik me afvraag, is waarom de ECB zelfgenoegzaam is geworden. De ECB moet volgens mij meer preventief in plaats van reactief handelen.

De ECB is niet gevoelig genoeg voor negatieve wisselwerkingen die vaker wel dan niet blijven kleven zodra de schade is aangericht. Met name de inflatie- en investeringskanalen raken verstopt door een houding van 'te weinig en te laat' bij de aankondiging van beleidsinitiatieven. De uitvoering verloopt feilloos, maar er worden geen of zwakke signalen afgegeven en preventieve maatregelen zijn onbestaand of laten kwalitatief te wensen over. Het recentste document met economische projecties is een goed voorbeeld.

De projectieperiode loopt tot 2022. Naast een basisscenario schetsen de medewerkers van de ECB een mild en een ernstig scenario. Het basisscenario voor het inflatiepercentage op basis van de geharmoniseerde consumptieprijsindex (HICP-inflatie) geeft een inflatie van 0,3% voor 2020, 1,00% voor 2021 en 1,3% voor 2022. Tijdens haar projectieperiode haalt de ECB haar inflatiedoelstelling van '2% of net daaronder' niet. Bovendien verklaarde Philip Lane, de hoofdeconoom van de ECB en iemand met zeer veel invloed op ECB-voorzitter Lagarde, in een presentatie eind augustus dat de coronacrisis deflatoir is geweest en dat er een belangrijke monetaire stimulans nodig is om de inflatie te doen stijgen. Is die stimulans niet sterk genoeg, dan kan het twee tot drie jaar langer duren om de officiële inflatiedoelstelling te bereiken. Het is duidelijk dat de medewerkers van de ECB niet onder de indruk zijn van een negatieve depositorente van 0,5%, 1,3 biljoen euro aan bankfinanciering tegen een tarief van -1,00% en meer dan 1,5 biljoen euro aan activa-aankopen die tot het tweede kwartaal van 2021 van invloed zijn en tot eind 2022 worden herbelegd.

Ondanks deze stimulans komt de ECB haar mandaat niet na. De budgettaire beleidsinspanning in de hele eurozone bedraagt 4,5% van het bbp in 2020. De gedeeltelijke of totale overheidsgaranties bedragen 20% van het bbp om de liquiditeitsproblemen van grote en kleine bedrijven te verlichten. Het herstelinstrument 'Next Generation EU' (NGEU) van 750 miljard euro zal de lidstaten extra budgettaire armslag geven om de schokken in de vraag, de investeringen en het aanbod op te vangen. Blijkbaar tevergeefs wat de inflatie betreft, want in het ernstige scenario stijgt de inflatie tegen eind 2022 met slechts 0,7%.

In het milde scenario, dat gebaseerd is op de veronderstelling dat er tegen eind 2020, begin 2021 een vaccin wordt gevonden, zou de inflatie in 2022 stijgen tot 1,8%. Dat laatste is weinig waarschijnlijk. Als in de klinische fase III-studie van AstraZeneca een tweede proefpersoon negatieve bijwerkingen krijgt, kunnen ze het hele programma opdoeken. De ECB vreest dus een HICP-inflatie tussen 0,7% en 1,3%, rekening houdend met alle bovengenoemde stimulansen. Deze volstaan niet als de ECB haar huidige geloofwaardigheid wil behouden.

De ECB heeft ruimte om de economieën van de eurozone meer betekenisvolle monetaire impulsen te geven. Ze moet preventief optreden in plaats van corrigerend te reageren. Met een sterkere EMU-constructie, sinds het historische akkoord van 18 juli over NGEU en het begin van de gezamenlijke uitgifte vanaf 2021, zou de ECB het voortouw moeten nemen in de beleidsvorming van de centrale banken. De Amerikaanse FED en de Amerikaanse regering zitten weer meer op één lijn en pakken de huidige uitdagingen agressiever aan.

Het klopt dat aankoopprogramma's van centrale banken leiden tot hogere inflatieverwachtingen, maar voor de eurozone zullen de huidige inspanningen niet volstaan. Andere beleidshefbomen zullen moeten worden aangepast. Ik denk bijvoorbeeld aan de verlaging van de depositorente, de verhoging van de reserveratio's voor de berekening van de minimumreserveverplichtingen die de ECB aan banken oplegt, een betere bescherming van het bankwezen tegen de bestraffende behandeling die de negatieve depositorente inhoudt en de aankondiging dat het Pandemic Emergency Purchase Programme (noodaankoopprogramma van de ECB om de gevolgen van de pandemie te bestrijden) in 2021 zal worden voortgezet. Andere opties kunnen worden bestudeerd. Feit is dat de economische projecties van de ECB-medewerkers vragen om actie vandaag en niet morgen.