Navbar logo new
Brexit: De laatste horde
Calendar26 Oct 2020
Thema: Macro
Fondshuis: Lazard

Door Aaron Barnfather, Managing Director, Portfolio Manager/Analyst, Lazard Asset Management

De laatste horde in de Brexit-saga nadert snel. Wat zijn de gevolgen voor beleggers ?

Aaronbarnfather
Aaron Barnfather
Brexit heeft de afgelopen vier jaar zwaar gewogen op de economische groei in het Verenigd Koninkrijk. Inderdaad, sinds de stemming om te vertrekken in juni 2016, heeft de Britse economie ondermaats gepresteerd in vergelijking met andere vergelijkbare landen. Een reeks politieke misstappen en de reactie op de COVID-19-pandemie hebben de zaken alleen maar erger gemaakt. In de drie jaar voorafgaand aan het referendum groeide de Britse economie met 2,4% per jaar en presteerde daarmee aanzienlijk beter dan de eurozone, die met 1,5% per jaar groeide.

Vanaf het derde kwartaal van 2016 tot het vierde kwartaal van 2019 vertraagde de groei van het Britse BBP echter met gemiddeld 1,6 procent per jaar. Dit was het gevolg van een combinatie van zwakke bedrijfsinvesteringen, een vertraging van de groei van de gezinsbestedingen en een chaotische binnenlandse politiek (waaronder twee vervroegde verkiezingen). In de VS daarentegen bleef de bbp-groei stabiel op 2,5%, ondersteund door fiscale stimuleringsmaatregelen, terwijl de kwantitatieve versoepeling van de Europese Centrale Bank (ECB) de groei in de eurozone hielp versnellen tot 2,0%.

Het ziet ernaar uit dat de Britse economie na afloop van de overgangsperiode zal achterblijven bij haar belangrijkste handelspartners qua bbp-groei. Het Verenigd Koninkrijk begint ook met een zwakkere basis, aangezien de economie sterker achteruit ging als gevolg van de COVID-19-pandemie. Het bbp van het Verenigd Koninkrijk is in de eerste zes maanden van 2020 met maar liefst 22,1% gekrompen, aanzienlijk slechter dan dat van de VS en de eurozone, die met respectievelijk 10,2% en 15,2% zijn gedaald.

Handelsovereenkomsten dringend nodig

In 2019 kwam meer dan de helft van de invoer in het Verenigd Koninkrijk uit de EU, vergeleken met ongeveer 43% van de Britse export naar de eurozone. Dat resulteerde in een tekort op de handelsbalans van 71 miljard pond. De handelsrelatie met de VS is ook van strategisch belang. Iets meer dan 20% van de Britse export ging vorig jaar naar Amerika, en dit land was goed voor het grootste handelsoverschot van het Verenigd Koninkrijk.

Een andere grote uitdaging voor het Verenigd Koninkrijk is de grote afhankelijkheid van een aantal belangrijke sectoren van tussenproducten. Bijvoorbeeld de Britse autosector - de grootste exporteur van goederen van het land die in 2018 voor een bijdrage aan de Britse economie zorgde van om en bij de 18,6 miljard pond - is sterk afhankelijk van auto-onderdelen uit landen buiten de EU. De EU eist dat auto's voor ten minste 45% "lokaal geproduceerd" zijn om bij een handelsovereenkomst te kunnen profiteren van de toegang tot de EU tegen nultarief. Aangezien de Britse regering niet in staat is geweest Brussel te overtuigen van een flexibelere aanpak bij de productie van auto's met onderdelen uit niet-EU-landen, zal dit betekenen dat de Britse auto-exporteurs geen tariefvrije toegang kunnen krijgen. De voedsel- en drankensector bevindt zich in een vergelijkbare situatie. Deze "oorsprongsregel" houdt in dat, zelfs als er een algemene nul-tariefovereenkomst wordt gesloten, veel sectoren nog steeds niet kunnen profiteren van de vrije handel.

De besprekingen tussen het Verenigd Koninkrijk en de EU zijn nog steeds in een impasse door het gebrek aan vooruitgang op belangrijke punten, zoals bepalingen inzake gelijke concurrentievoorwaarden (met name staatssteun), visserij en mechanismen voor geschillenregeling. Het is ook moeilijk voorstelbaar dat beide partijen tot een overeenkomst zouden komen terwijl de kwesties rond de wet op de interne markt nog steeds niet zijn opgelost. Gevolgen voor beleggers De reactie van de Europese ex-UK-aandelenmarkt op het Brexit-nieuws werd vertroebeld door de aanhoudende COVID-19-crisis. Ondanks de aanzienlijke negatieve economische terugval hebben de Europese markten het over het algemeen beter gedaan dan het Verenigd Koninkrijk dankzij de ondersteunende maatregelen van de ECB. Mocht een no-deal Brexit echter tot stand komen, dan zal hierdoor zeker de druk op beide economieën nog verder toenemen. De Europese ex-UK-aandelenmarkt zal waarschijnlijk ook worden beïnvloed door de politieke ontwikkelingen in de VS, waar een bitse verkiezingsstrijd en de mogelijke onzekerheid over de uitslag kan leiden tot marktvolatiliteit en zelfs sociale onrust.

De Britse aandelenmarkten blijven zeer gevoelig voor het Brexitnieuws, wat blijkt uit de koers van het pond sterling en de obligatierendementen. Als er op het laatste moment een akkoord met de EU wordt bereikt, verwachten wij dat de meest onderdrukte binnenlandse sectoren, zoals huizenbouwers en detailhandelaren, hiervan zullen profiteren. Hoewel het pond sterling waarschijnlijk sterker zal worden, verwachten wij niet dat dit een rem zal zetten op de resultaten van grote beursgenoteerde bedrijven die hun omzet in het buitenland realiseren en die een groot deel van de Britse markt uitmaken, aangezien de Britse markt waarschijnlijk sterk zal opleven.

Het risico op een no-deal, harde Brexit stijgt elke dag terwijl de onderhandelingen in een impasse blijven. De extra problemen die de wet op de interne markt met zich meebrengt, blijken uit de recente zwakte van het pond sterling. We verwachten dat de BoE de rente zal verlagen in een no-deal resultaat. Maar omdat de rente in reactie op COVID-19 tot effectief nul is gedaald en de BoE tot nu toe een negatief rentebeleid heeft uitgesloten, verwachten wij dat de rente op de huidige recorddiepte zal blijven, ongeacht het resultaat van de handelsbesprekingen.

Een zwakker pond sterling als gevolg van een no-deal-scenario zou ten goede komen van de grotere aandelen, die ook minder blootstaan aan de problematische binnenlandse economie van het Verenigd Koninkrijk. Wij verwachten dat deze aandelen in de gunst zullen blijven ondanks de som relatief hoge waarderingen. Het is ook mogelijk dat, zoals na de uitslag van het referendum in juni 2016, een harde exit zou kunnen leiden tot een verdere outperformance van large-cap aandelen ten opzichte van small-cap aandelen, omdat de beleggers de gepercipieerde veiligheid en hogere liquiditeit van grotere bedrijven verkiezen