Navbar logo new
Kijk naar China om de VS te duiden
Calendar27 May 2021
Thema: China

Bijdrage geschreven door La Financière de L’Echiquier

De economische peilingen breken records, de werkloosheid neemt gestaag af. De inflatie nadert het optimale langetermijnniveau van 2% en bedrijven overtreffen de toch al hoge winstverwachtingen. De centrale bank blijft een verruimend monetair beleid voeren en nieuwe grootschalige investeringsplannen zitten in de pijplijn. Wat kan een belegger zich nog meer wensen? De sterren lijken bereikt, maar wat nu? Die vraag stellen beleggers zich vandaag over de Amerikaanse economie.

Een voor de hand liggend antwoord is er niet, dus blijft de markt redelijk stabiel. Het grootste vraagteken is niet zozeer of de bedrijven winst zullen blijven maken, want dat lijkt de komende kwartalen geen punt van zorg, maar wel hoe de rente zal reageren op de inflatie. Als die tijdelijk blijkt, zoals de Federal Reserve beweert, ondervindt de markt er wellicht geen hinder van. Houdt de inflatie echter aan, dan leidt dat waarschijnlijk tot een strikter monetair beleid, dat zou voor druk op de aandelenmarkten kunnen zorgen.

Daarom spraken de centrale bankiers sussende woorden. Bijna unaniem verzekerden zij beleggers dat de Fed nog een hele tijd een verruimend beleid blijft voeren. De hoge inflatie in de Verenigde Staten is volgens hen een kunstmatig gevolg van basiseffecten en tijdelijke schaarste aan aanbodzijde. De werkloosheid is nog lang niet terug op het oude niveau.

Wie nog niet helemaal overtuigd is, kan eens kijken naar hoe het andere landen in een soortgelijke situatie is vergaan. Neem China, wat de afgelopen jaren vaker voorliep op de rest van de wereld en periodes van inflatie, recessie, herstel en uiteindelijk normalisering.

De inflatie schoot in China begin 2020 de hoogte in, tot meer dan 5%. Dat gebeurde onder invloed van wat een tijdelijke factor bleek, de prijs van varkensvlees. Sindsdien is de inflatie teruggevallen tot minder dan 1%.

Kijken we naar de economie, dan zien we dat China ook vóór alle andere landen in recessie ging, begin 2020 al, en vanaf april 2020 een duurzaam herstel aanvatte. Sindsdien kent de economie een stabiele, hoge groei, zonder te oververhitten. Het monetair beleid ging er in 2020 van licht verruimend naar neutraal, en zelfs enigszins restrictief, zonder grote rampen te veroorzaken. De Chinese tienjaarsrente bereikte de voorbije week zelfs een dieptepunt van 3% – obligatiebeleggers maken zich dus blijkbaar geen zorgen. Dat staat in schril contrast met de Amerikaanse obligatiemarkt. Daar is recent de rust wel wat weergekeerd, maar verliep het begin van het jaar bijzonder woelig.

China kan ons leren wat de Verenigde Staten te wachten staat, in elk geval qua economie en inflatie. Uiteraard zijn er ook verschillen, waardoor de vergelijking niet volledig opgaat. Om te beginnen hield de inflatie in China verband met één component in het bijzonder – voeding – en niet met meerdere factoren zoals in de Verenigde Staten het geval kan worden. Momenteel is ook in de VS de inflatie vooral te verklaren door één element: de autoprijzen. Als daar echter ook de lonen bijkomen, zoals een aantal indexen lijken uit te wijzen, zou dat de prijsontwikkeling ingrijpend veranderen.

Voorts heeft China tijdens de voorbije crisis zijn economie veel minder gestimuleerd dan de Verenigde Staten. Het monetair beleid was er bovendien veel minder verruimend. En China kent natuurlijk ook een heel andere economische en demografische structuur dan de VS.

Dat neemt echter niet weg dat China een geslaagd traject voor een terugkeer naar een normale gang van zaken heeft weten uit te stippelen, dat met wat aanpassingen als voorbeeld kan dienen.