Amerikaanse cloud software-aandelen zitten sinds november in een neerwaartse spiraal. Tussen 1 november en 31 januari kelderde de BVP NASDAQ Emerging Cloud Index met 33,4 procent. Ter vergelijking: de bredere S&P 500 daalde met 3,9 procent.
Betekent dit dat de cloud software-bedrijven, na een tien jaar lange sprint inclusief een eindspurt tijdens de pandemie, tegen een muur zijn aangelopen?
“Nee”, vindt analist Julien Gaertner, die Amerikaanse softwarebedrijven volgt voor Capital Group in Storm cloud: Look past turbulence in US software stocks. “Het waren tien geweldige jaren voor softwarebedrijven en we zijn nog lang niet klaar. We zitten nog altijd in de beginfase van deze transitie. Ik blijf positief over de software-sector en zijn vooruitzichten voor de lange termijn.”
Volatiliteit niet nieuw, unieke groeipercentages evenmin
Vlagen van intense volatiliteit zijn niets nieuws voor softwareaandelen, zo geeft de analist aan. In de afgelopen jaren hebben softwarebedrijven als groep ongeveer elke 18 maanden sterke dalingen van 20 tot 35 procent moeten ondergaan. Beleggers in software moeten een sterke maag hebben en over een flinke dosis geduld beschikken, zo blijkt.
De sector is bovendien uniek omdat ze ongewoon hoge groeipercentages gedurende lange perioden kan volhouden. “Neem Workday, dat HR-managementsoftware aanbiedt via een abonnement op de cloud. Toen het bedrijf in 2012 naar de beurs ging, rapporteerde het ongeveer 100 miljoen dollar per jaar aan terugkerende inkomsten. Vandaag kunnen best-in-class softwarebedrijven ongeveer 100 miljoen dollar aan recurrente inkomsten per kwartaal toevoegen”, zegt Gaertner. “Volgens mij kan dat groeipotentieel de komende jaren zelfs nog verdubbelen.”
Cloud vraagt om nieuw type cybersecurity
De overgang naar de cloud heeft een verschuiving teweeggebracht naar een nieuwe benadering van cyberbeveiliging, de zogenaamde ‘zero trust architecture’. Traditioneel hielden bedrijven hun applicaties en gegevens in centrale datacenters met meestal slechts één toegangspunt, beschermd door een firewall.
Een Zero Trust-architectuur vervangt dat ene datacenter door een reeks servers, eindgebruikers, cloud-workloads en een netwerk dat dit alles met elkaar verbindt. Dit vereist authenticatie en beheer van gebruikers voor elke dienst en alle informatie waartoe toegang wordt verkregen. Bij deze snel groeiende behoefte aan meer en betere cybersecurity liggen kansen voor beleggers.
Databases zijn kleverig en slaperig
Minder zichtbaar dan cyberbeveiliging, maar niet minder rijp voor verandering, is de markt voor databasesoftware. Elke applicatie heeft een onderliggende database nodig om op te draaien. Volgens softwareanalist David Penner breidt de markt voor databases zich dan ook uit naarmate de wereld van de software uitdijt.
Klanten blijven vaak jaren aan een stuk, of zelfs decennialang, bij dezelfde databaseleverancier. Wanneer databases eenmaal in bedrijfsprocessen zijn geïntegreerd, zijn ze moeilijk te vervangen. De databasemarkt is ‘kleverig’ - maar ook enigszins slaperig, waardoor er kansen komen voor start-ups.
Dat gaat niet per definitie ten koste van de reuzen uit het verleden. Microsoft bijvoorbeeld heeft succesvol de transformatie naar de cloud gemaakt met zijn Office-software en zijn cloudinfrastructuurdienst Azure.
Hoge waarderingen vragen om selectiviteit
Nu de waarderingen van veel softwarebedrijven in 2021 tot ongekende hoogten zijn gestegen, gaat beleggen in de sector gepaard met een aanzienlijk risico. Zelfs na de recente koersval blijft de sector over het algemeen duur.
“De waarderingen zijn nog altijd hoog, en het zou me niet verbazen als er verder in geknipt wordt”, zegt Gaertner. “Maar software is wel een sector die snel zal blijven groeien dankzij de verschuiving naar de cloud. De sleutel voor beleggers is selectiviteit en geduld.”
Penner is het daarmee eens. “De cloud is al tien jaar het volgende nieuwe ding, en ik geloof dat het nog steeds het volgende nieuwe ding is. Niets gaat eeuwig door, maar zolang computers en software slimmer blijven worden, zie ik geen reden waarom de groei snel zou stoppen.”