Navbar logo new
Columbia Threadneedle: Amerikaanse economische cijfers niet over één kam te scheren
Calendar09 Feb 2023
Thema: Macro

Net als veel beleggers vindt Steven Bell, hoofdeconoom bij Columbia Threadneedle, de Amerikaanse economische cijfers momenteel behoorlijk verwarrend. Volgens hem heeft dat met twee dingen te maken.

“De zeer krappe arbeidsmarkt heeft de lonen vorig jaar enorm doen stijgen met een loon/prijsspiraal tot gevolg. Die snelheid is er nu uit en de vraag is waarom. Vanuit een helikopterview gezien, spreken de economische data elkaar tegen. Zoals de meeste mensen, dacht ik dat de Amerikaanse economie vaart minderde: de Fed neemt grote rentestappen, de woningmarkt is ingezakt en het extra spaargeld dat consumenten hadden opgepot tijdens de coronapandemie, is zo goed als uitgegeven. Ook is de waarde van andere assets door de inflatie inmiddels gedecimeerd.”

Volgens Bell was de golf aan ontslagen, de werkloosheid tijdens de coronacrisis even buiten beschouwing gelaten, bijna zo groot als tijdens de financiële crisis. “En toen was daar opeens de aankondiging dat er in januari een half miljoen banen zijn bijgekomen. En alles waar dat op gebaseerd is, klopt gewoon: het aantal gewerkte uren sprong omhoog, de werkloosheid daalde en meer mensen begaven zich op de arbeidsmarkt. Terwijl iedereen nog aan het bijkomen was van deze cijfers, bleek uit een index die door marktvorsers altijd nauwlettend in de gaten wordt gehouden, dat de dienstensector aan een inhaalslag bezig is. Dit weer in tegenstelling tot de uitkomsten van nog andere onderzoeken.”

Dus wat is er aan de hand? Bell geeft toe verbaasd te zijn over het feit dat de lonen minder hard stijgen. “Een loonstijging van 5% is natuurlijk niet niets, maar toch aanzienlijk minder dan aan het begin van vorig jaar. Waarschijnlijk had het toen te maken met het feit dat bedrijven over elkaar heen buitelden om weer bekwame arbeidskrachten binnen te halen die tijdens de coronacrisis massaal de laan uit waren gestuurd. Vooral de horeca kon schermen met hogere lonen omdat de kosten gewoon in de prijzen werden doorberekend. De arbeidsmarkt is nog steeds heel krap maar inmiddels niet meer zo enorm oververhit. Bovendien is de inflatie niet meer zo hardnekkig omdat de grondstoffenprijzen zijn gezakt en de problemen in de toeleveringsketens zijn afgenomen. Als dit allemaal klopt, blijft de Fed de rente verhogen tot de arbeidsmarkt echt is afgekoeld.”

Maar hoe zit het dan met de enorme stijging van het het payroll-cijfer? “Als we alles in de juiste context plaatsen, klinkt 0,3% meer werkgelegenheid opeens niet zo heel eng meer. Daarnaast moeten we niet vergeten dat januari qua werkgelegenheid een moeilijke maand is omdat er allerlei seizoensinvloeden meespelen die moeilijk zijn in te schatten. Zo was het opeens ongewoon koud in Florida”, weet Bell.

De econoom stelt dat verschillende delen van de Amerikaanse economie op heel verschillende tempo’s bewegen. “De maakindustrie heeft moeite om van zijn voorraden af te komen. De woningmarkt is helemaal ingezakt en bouwers stellen alles in het werk om huizen af te bouwen voordat de prijzen verder zakken. Anderzijds floreert de dienstensector als nooit tevoren. Dus het is lastig om te peilen hoe de economie er echt voor staat. Kortom, het gaat niet briljant goed met de VS, maar het land bungelt zeker ook niet op de rand van een recessie.”

De Fed bevindt zich sowieso niet in een positie om de teugels van haar monetaire beleid te late vieren, laat staan de rente te verlagen, aldus Bell. Hangen er donkere wolken boven de obligatiemarkt? De econoom twijfelt: “De yield op Treasuries, die beschermd zijn tegen inflatie, is met 1% best goed te noemen. Daarnaast lijkt de markt vertrouwen te hebben in de aanpak van de Fed om het inflatiespook te verjagen, waardoor oude vertrouwde obligaties ineens weer een prima keuze zijn. Ze zijn nu niet spotgoedkoop, maar nog steeds goed te doen.”

Tot slot verwacht Bell dat de marges van bedrijven eerst nog flink moeten dalen om tot een bestendige inflatie van 2% te komen. “En hiervoor is toch een korte en en milde recessie nodig.”