Door Thomas Planell, CFA bij Lazard
Net als Canada en het Verenigd Koninkrijk profiteerde de eurozone in het eerste kwartaal van een stijging van de Amerikaanse import vanwege de verwachte tariefverhogingen. Sinds april is deze trend echter gekeerd, wat heeft geleid tot een daling van de Europese export.
De Duitse industriële productie vertoont evenwel tekenen van stabilisatie. In mei groeide die met 1,2% en overtrof daarmee de verwachtingen dankzij sterke prestaties in de automobielsector (+4,9%) en de farmaceutische sector (+10%)

De PMI voor de verwerkende industrie is in juni gestegen tot het hoogste niveau sinds de zomer van 2022: die cijfers zijn beter dan verwacht. Dat wil zeggen dat de Duitse industriële productie in het tweede kwartaal hoger zou kunnen liggen dan het gemiddelde van het eerste kwartaal en dat de industrie geen significante druk op de groeicijfers zou uitoefenen. Waakzaamheid blijft echter geboden, gelet op de huidige vertraging van de export en de onzekerheid rond het verwachte handelsakkoord tussen Europa en de Verenigde Staten.
Het zal belangrijk zijn om de cijfers van juni in de gaten te houden, aangezien de orders in mei (-1,4%) zijn gedaald na een sterke aprilmaand, hoewel de daling minder uitgesproken was dan aanvankelijk werd gevreesd. Toch blijft de Duitse industriële sector veelbelovende signalen vertonen, wat de regionale activiteitsindicatoren kan ondersteunen en het vertrouwen van de markt in het positieve momentum in Duitsland versterken.