Navbar logo new
Macroscoop: Treedt de ECB in de voetsporen van de Fed?
Calendar25 Jan 2022
Thema: Macro

Door Enguerrand Artaz, Fund Manager La Financière de l'Echiquier.

Dat de inflatie "grotendeels toe te schrijven is aan tijdelijke factoren die in 2022 wellicht zullen wegebben" en dat een scenario waarin de inflatie langer dan verwacht hoog blijft weliswaar niet kan worden uitgesloten, maar dat uiteindelijk de wens overheerst om "de monetaire stimuli en activa-aankopen in geen geval vroegtijdig af te bouwen" ... Dat zijn de belangrijkste boodschappen die uit de notulen van de recentste vergadering van de Europese Centrale Bank (ECB) naar voren komen. Die bewoordingen roepen herinneringen op aan de notulen van de Amerikaanse Federal Reserve (Fed) van zowat een jaar geleden. Sindsdien heeft de Amerikaanse centrale bank het geweer van schouder veranderd. De strijd tegen de inflatie, die niet langer 'van voorbijgaande aard' wordt genoemd, is nu prioritair en het tempo voor de verdere verkrapping van het monetair beleid is aanzienlijk opgevoerd. Maakt de ECB met enkele kwartalen vertraging dezelfde restrictieve bocht als haar Amerikaanse pendant?

Voorzitster Christine Lagarde ziet daar in elk geval geen reden toe. Op vragen van de Franse pers antwoordde zij afgelopen week opnieuw dat de inflatie in de loop van het jaar zal stabiliseren en vervolgens afnemen, omdat die volgens haar hoofdzakelijk het gevolg is van twee factoren: de gestegen energieprijzen en de haperende toevoerketens, met name de opstoppingen in havens. Lagarde benadrukte ook dat van forse loongroei zoals in de Verenigde Staten in de eurozone nog geen spoor is en dat de opstoot in de huurprijzen in de VS geen navolging zal krijgen in Europa, waar die veel strenger gereglementeerd zijn.

Die analyse klinkt vertrouwd, maar lijkt onvolledig. Het verschil in loondynamiek tussen de eurozone en de Verenigde Staten is wellicht het argument dat het meeste hout snijdt. Doordat de minimumlonen in Europa om te beginnen al veel hoger lagen en beide arbeidsmarkten de coronacrisis op diametraal tegengestelde wijze hebben aangepakt – in de eurozone behielden werknemers dankzij technische werkloosheid hun baan, in de Verenigde Staten werden ze ontslagen en later weer aangeworven – is er in de eurozone veel minder opwaartse druk op de lonen. Dat de knelpunten in de toeleveringsketens beetje bij beetje zullen verdwijnen, lijkt eveneens geloofwaardig. De recentste peilingen wijzen duidelijk in die richting.

De huisvestingskosten zijn een ander verhaal. Wellicht voorkomt de vrij strikte reglementering van de huurprijzen in heel wat Europese landen inderdaad dat die zoals in de Verenigde Staten op hol slaan. Daar staat echter tegenover dat er een fundamenteel verschil is tussen de inflatie in de VS en in de eurozone. In de Verenigde Staten wordt bij de berekening van de huisvestingskosten niet alleen gekeken naar de huurprijzen, maar ook naar de kosten van woningbezit, die bovendien bijna een kwart van de Amerikaanse inflatiekorf vertegenwoordigen. In Europa heeft de index die component eenvoudigweg niet, maar zijn de vastgoedprijzen op jaarbasis wel met zowat 8% gestegen. De huisvestingskosten uitsluitend beoordelen op basis van de – sterk gereglementeerde – huurprijzen, onderschat dus aanzienlijk de invloed van de stijgende vastgoedprijzen, de belangrijkste factor in de Amerikaanse inflatie. Tot slot vertrouwt Christine Lagarde er misschien wel te veel op dat de grondstoffenprijzen zullen kalmeren. Aangezien de olie- en gasproductie op haar grenzen botst, terwijl de vraag nog niet helemaal hersteld is, en de eurozone na een decennium van antinucleair beleid afhankelijker is geworden van fossiele energie, zou de energiefactuur de komende maanden wel eens verder kunnen oplopen.

Samengevat is het dan wel zeer onwaarschijnlijk dat de inflatie in Europa een even hoge vlucht neemt als in de Verenigde Staten, maar het risico dat die hoger uitvalt dan verwacht is zeker niet verwaarloosbaar. Dat kan de ECB ertoe dwingen om, net zoals de Fed enkele maanden geleden, haar standpunt te herzien – al zal een eventuele bocht vermoedelijk niet even scherp zijn.